Telegram

Noorderland_mrt_2017Column voor magazine Noorderland
Tekst Ankie Lok

De klemtoon ligt op de eerste lettergreep: Al-teveer. De oorsprong van de plaatsnaam klinkt er niet meteen in door. Alteveer ligt in de Veenkoloniën, op de grens met Westerwolde. Een dorp van kolonisten, turf en jenever. Voor de veenafgraving vonden de mensen het ruige moeras maar ‘al te ver’.

Eigenlijk is het een dubbeldorp, met de naam Tange-Alteveer. Tange ligt niet in het veen maar op het zand, en dat verschil markeert de bevolking. In Tange woonden boeren, behoudende kerkgangers. De plaatsnaam verwijst naar de zandrug in een veengebied.

Turfstekers of landbouwers, borrelglas of kerkgebouw. Veen of zand. Het was de aardbodem die de bewoners strikt gescheiden hield. Bij het dubbeldorp ligt bovendien een verhoging in het landschap: een bult van keileem, ontstaan in een van de ijstijden, zo’n 200.000 jaar geleden. De zandrug werd afgezet door de wind.

Mijn oma is in Tange geboren, hoewel mijn moeder het altijd over Alteveer heeft. De plaatsnamen worden inmiddels rustig door elkaar gebruikt. Aan de lange, rechte weg door beide dorpen ligt een begraafplaats. Mijn oma stierf jong. Ze wilde graag in haar geboorteplaats begraven worden. Jaren later werd mijn opa naast haar gelegd; hij overleed toen ik 11 was. In de jaren erna kwam ik geregeld in Alteveer om een bloemetje op het graf te zetten. Ik probeerde me altijd voor te stellen hoe opa eruitzag onder de grond. Een bezoek aan de begraafplaats was een oefening in vergankelijkheid.

In Alteveer kun je de ijstijd aanraken. Schuin tegenover de begraafplaats begint de Keiweg, vernoemd naar een steen. Afgelopen zomer sloeg ik voor het eerst die weg in. En daar lag hij: een ‘vlint’ van 30 ton. De zwerfkei heeft het dorpshuis in de rug en vrij uitzicht op het Oosten, richting Westerwolde. De boerderij van mijn grootouders stond in Vlagtwedde.

Land van ijs en leem. Van wind, die toedekt of juist opschudt.

De boeren en verveners hebben in Tange-Alteveer al lang geleden plaatsgemaakt voor andere beroepsgroepen. Een pedicure, een cateringbedrijf, een webdesigner. Er is zelfs een bureau voor ‘organisatie en informatie’ gevestigd.

Maar soms werpt de geschiedenis een hengel uit. Een van de nieuwe bedrijven in het dorp geeft de mensen een oude dienst terug. Iets waarvan we dachten dat het voorbij was, dat het was overgewaaid: in Alteveer is het telegram herrezen.

De eerste telegrammen werden verstuurd in de 19de eeuw. De laatste, als het aan de Nederlandse posterijen had gelegen, in 2001. Maar daar kreeg een ondernemer in Alteveer lucht van, die erin slaagde de dienst over te nemen. Inmiddels beheert het Groningse bedrijf de telegramservice in meer dan 40 landen.

Waar vroeger de inwoners van Tange en Alteveer strikt gescheiden leefden, waar de bodem en de bult de grenzen bepaalden, verheft zich nu een knooppunt van communicatie. ‘Als een Chinees een telegram wil versturen naar iemand in Fiji, dan loopt dat via Alteveer,’ verklaarde de directeur in een interview in de Volkskrant. Azië, Oceanië – het zijn overweldigende klanken naast het Groningse dorp. De correspondentie van continenten balt zich samen voor de ‘poort van Westerwolde’. Alteveer is voor niemand meer al te ver. ♦

Deze column verscheen in Noorderland, maart 2017.
Lees meer stukken die ik schreef voor dit magazine.